Hoedje


door Christine Crutsen

Dit is het eerste verhaal uit Bakjes Troost (ISBN: 90 807688 1 2).
Dit boekje is in 2003 uitgegeven door de NVBS (Nederlandse Vereniging van Blinden en Slechtzienden).
Inmiddels is de NVBS gefuseerd met de Oogvereniging Nederland.

Flaptekst van Bakjes Troost

Bakjes Troost laat de lezer in een negental miniatuurtjes meemaken hoe een hoogbejaarde, vitale vrouw geleidelijk haar zelfstandigheid verliest. Naarmate haar ogen achteruit gaan, neemt haar afhankelijkheid van anderen toe. Iemand die zoiets meemaakt, krijgt heel wat voor zijn kiezen. Je zou er een roman vol dramatiek over kunnen schrijven. Christine Crutsen heeft voor een minder omvangrijke en ingehoudener concept gekozen. Toch bereikt ze dat de lezer inzicht krijgt in wat er met een mens gebeurt als een belangrijk zintuig het van lieverlede laat afweten. Hier blijft het echter niet bij. De auteur doet niet alleen op een inzicht verschaffende wijze verslag van wat de oude vrouw overkomt, zij maakt de lezer ook deelgenoot van haar eigen inlevingsproces. Ze moet vooral, zo beseft ze, de hang naar zelfstandigheid van degene die zich almaar hulpbehoevender voelt worden, respecteren. Bakjes Troost is hierdoor een boekje dat brede verspreiding verdient.

Van Christine Crutsen (Maastricht 1944) zijn bij Ad. Donker drie romans verschenen:
Naakt met cactus (1998)
Na het feest (1999) en
In IJzeren zwijgen (2001)

----
Bij Intho (Merkelbeek) zijn twee romans van Christine Crutsen verschenen:
Een koningswens (2006)
Nestgeur (2007).

Hoedje

Als ik de stalen deur open die mij toegang verschaft tot haar domein, zie ik haar staan. Al meer dan dertig jaar mijn buurvrouw. Mijn steun en toeverlaat in een drukbezet leven. Mijn honden- en kattenoppas. Mijn kleermaakster en breister. Mijn redster in de nood. Strengste criticus van al mijn gangen. Mijn schoonmoeder die ik met steeds meer liefde mama noem. Ik heb van mijn schoonmoeder een beeld dat vastroestte in herinnering. Wat nu op mijn netvlies valt is anders. Een stokoude vrouw is ze, gebogen, onzeker, verschrompeld, deerniswekkend. Ik zie voor het eerst hoe ze geworden is. Soms ziet een ziende niet hoe de dingen echt zijn. Hoe is het beeld dat een blinde heeft van zijn liefste? Beminde schoonheid moet huidvriendelijker zijn dan zienden kunnen bevroeden. Zij ziet mij niet. Zolang ik niet beweeg, geen geluid maak, zal ze me ook niet opmerken. Ik sta in de deuropening die vandaag voor mij een ogenopener geworden is. Ze draait rondjes om de tuintafel, steun zoekend bij stoelen en tafelblad. Zoekt ze iets? Ze tast. Het hemelsblauwe strooien hoedje diep over haar voorhoofd, zodat de klep haar gezicht overschaduwt. Ik kocht het voor haar bij de Makro, vorig jaar in de zomeropruiming. Het is nu volop zomer, de zon is witheet. 'Als ik buiten kom in de zon, kan ik niets zien,' klaagde ze, 'mijn ogen worden oud.' Steeds vaker bleef ze hele dagen binnen, terwijl de tuin toch haar lust en leven was. Ze was verrukt van het hoedje, draaide rond voor de spiegel, verschoof het centimeters van voorhoofd naar achterhoofd en van oor naar oor. Ik had het ook graag willen dragen, maar er was er maar één. Het heeft iets vrolijks, het hoort bij vakantie, méditerranée, wijn, pizza, muziek; bij onbekommerd genieten.
Soms beknotte zij mij in het onbekommerd genieten van mijn huwelijk. 'Ze kijkt door de muren en ziet wat ik doe,' dacht ik. Ze was een moeder met haviksogen, een heldere kijk op de wereld en vaardige handen. Ze kon haar zoon en zorgenkind niet zomaar aan mij overlaten.
'Als ik dood ben krijg je het terug,' grapte ze toen ik het hoedje ook even voor de spiegel paste. Ze is 86. Ik sta in de deuropening en zie dat zij al op de drempel naar de dood is.
***
terug naar de beginpagina van podium
terug naar de beginpagina van de website